Geschiedenis van Scouting Thorheim

Van 1934 tot het begin van de oorlogsjaren

Padvinder van het eerste uur was de heer Aart Martijn die het boek de Otters cadeau kreeg. Dit boek ging over de avondturen van zes jongens die een padvinderspatrouille oprichtn. Op 14 juli 1934 vond er op vliegbasis Soesterberg een grote vliegdemonstratie plaats. Op de terugweg stelde Jan, de broer van Aart, voor om ook een padvinderspatrouille op te richten. Samen met twee buurjongens en twee schoolvrienden is het tweetal begonnen als patrouille De Otters. De opkomsten draaide ze in een schuur. Via het gemeentebestuur van Maarn kregen de jongens hulp, zodat de eerste groep van de afdeling Maarn-Doorn de Rangers van de grond kwam, In 1935 werd hun eerste clubhuis ‘De Boshut’ op de Zonheuvel geopend. De activiteiten die ze verrichte waren het deelnemen aan wandeltochten, spoorzoeken, zomerkamp en het geven van een uitvoering aan het Doornse publiek. In de eerste oorlogsjaren gingen ze gewoon door, maar in 1941 werd de padvinderij door de bezetters verboden. 

De oorlogsjaren

Aart Martijn en zijn vrienden gingen in de oorlogsjaren stiekem door als natuurvriendengroep. Dankzij de illegalen natuurvriendenwerk konden zij na de bevrijding mee weer aan de slag met de padvinderij.

Na de bevrijding

Meteen na de bevrijding kregen de jongens de gelegenheid om in het oude VVV kantoor een ruimte in te richten. Hier melden zich zo veel nieuwe leden aan dat er een na een splitsing de volgende vier groepen ontstonden:

  • De Rangers
  • De Big Two
  • Kantankey
  • De Woudlopers

De Woudlopers verhuisde naar Amerongen en de Rangers werden een Maarnse groep. In 1948 liepen de leden aantallen van de Big two en Kantankey terug, waardoor deze twee groepen werden samengevoegd tot de Thorheimgroep. Er wordt gekozen voor deze naam omdat het dorp Doorn vroeger Thorheim heette. Thorheim is weer afgeleid van een plek in de buurt van huize Stameren, waar volgens de overlevering een offerplaats voor de Noorse god Thor was. In 1964 kreeg de Thorheimgroep een pachtcontracht voor het terrein aan de Verlengde Drift aangeboden, waar we nu nog steeds zitten. De bouw van het gebouw heeft heel wat voeten in de aarde gehad. Met een oude kippenschuur als geraamte is een nieuw gebouw geconstureerd. Vanaf dat moment groeide de groep gestaag. Daarom werd de groep in 1977 uitgebereid met een speltak voor oudere leden, de Rowans. In 1980 werd vervolgens de speltak voor de oudste leden opgericht de Parnassosstam, waar het accent lag op de voorbereiding van het leiderschap. De Stam was ook de eerste speltak die ook voor meisjes werd opengesteld.

Natuurlijk waren er in die tijd ook vrouwelijke scouts, de Vossengroep. Door een tekort aan leiding werd deze groep 1984 opgeheven. Voor de overgebleven leden richtte bij de Thorheimgroep twee nieuwe speltakken op, de Kabouters en de Gidsen. De Sherpa’s werden samengevoegd met de Rowans. Het leden aantal groeide nog steeds, maar het leiding tekort werd een steeds groter probleem. Daarom besloot men om de meisjes- en jongensspeltakken samen te voegen tot nieuwe gemengde groepen. In 1996 kwam er nog een speltak bij de Bevers zodat kinderen van 5 jaar ook aan het scoutingspel kunnen deelnemen. 

Anno nu

Tot op heden draaien alle speltakken gemengd en het gebouw ligt nog steeds op dezelfde plek in het bos als in 1964. Het gebouw heeft in de jaren 2000 een extra lokaal gekregen waardoor er voldoende ruimte is voor de vier jeugdspeltakken die wij hebben. Het leden aantal is de laatste jaren stabiel en groeit soms licht. We hebben momenteel 90 jeugdleden en 20 kaderleden. We vinden dat kinderen op weg zijn naar zelfstandigheid. Scouting Thorheim helpt in de ontwikkeling die de kinderen doormaken door afnemend leiding te bieden om zo de eigen verantwoordelijkheid van de kinderen te vergroten. Niet alleen voor zich zelf maar ook voor elkaar. Daardoor levert Scouting een bijdrage aan de vorming van de jeugdleden. Iedere leeftijd vereist een eigen aanpak, een eigen aanbod en dat bieden wij! Laat jij je door ons uitdagen?